Afgelopen week liep de spanning hoog op in de rechtbank in Amsterdam. Hier deed de rechter uitspraak over het zogenoemde ‘Krim-goud’. Deze vijfhonderd kunstwerken waren in 2014 te zien in het Allard Pierson Museum in de tentoonstelling ‘De Krim – Goud en Geheimen van de Zwarte Zee’. Na afloop van de tentoonstelling wilde het museum de collectie netjes terugsturen naar de Oekraïense musea van wie het museum de collectie had geleend. Echter deed zich een lastige situatie voor: de Krim was namelijk niet meer in het bezit van Oekraïne zoals dit voorheen was, maar was in de macht gekomen van Rusland. Het museum zat nu met de vraag: waar moeten de objecten heen?
Bruikleen
In de tentoonstelling van het Allard Pierson Museum konden bezoekers archeologische topvondsten uit vijf Oekraïense musea aanschouwen. Voor Oekraïne was het de eerste keer dat zij zoveel objecten uitleende. Het museum ontving onder andere een flink aantal gouden voorwerpen, zoals een pronkhelm en zwaardschede. Ook werden er talloze juwelen verscheept naar het Amsterdamse museum. Al deze kostbare objecten bij elkaar vertoonden de rijke historie van het schiereiland de Krim.
Terwijl de sfeer onder de bezoekers van de tentoonstelling gemoedelijk was, was de situatie op de Krim het tegenovergestelde. Rusland annexeert het schiereiland. Gemaskerde militairen verschenen plots en bezetten het regionale parlementsgebouw om er een pro-Russische regering te installeren. Er wordt een referendum gehouden waarbij een groot deel van de kiezers voor de Russische kant kiest. Oekraïne gaf zich niet snel gewonnen en weigerde de annexatie te erkennen.
Cultureel erfgoed
Nu, ruim zeven jaar nadat Rusland het gebied toe-eigende, is de Krim nog steeds in handen van Rusland. De tentoonstelling van het Allard Pierson Museum is allang voorbij, maar het museum zit nog steeds met de vijfhonderd waardevolle objecten. Moeten deze terug naar Oekraïne – waar de Krim niet meer bij hoort – of moet het terug naar de uitlenende musea die nu onder het Russische bestuur vallen? Beide partijen beschouwen namelijk de objecten als hun cultureel erfgoed.
Het is niet de eerste keer dat een rechter zich buigt over de kwestie. In december 2016 oordeelde de rechtbank in Amsterdam al dat de collectie toebehoort aan Oekraïne, maar Rusland ging hiertegen in beroep. De druk werd opgevoerd toen Rusland dreigde samenwerkingen met Nederlandse musea op te zeggen als de rechtbank bij hun oordeel bleef.
Juridisch proces
Jaren gaan voorbij met tussenvonnissen, wrakingsprocedures en wisselingen van rechters. Al die tijd bevinden de stukken, het Krim-goud, zich nog steeds in Nederland. Nu heeft de rechtbank in Amsterdam opnieuw uitspraak gedaan in de zaak: de stukken moeten terug naar Oekraïne. Het gerechtshof beroept zich namelijk op de zogeheten Museumwet van Oekraïne.
De Staat Oekraïne voert in 1995 de Museumwet in. Deze wet is bedoeld om te voorkomen dat museumstukken die behoren aan de staat buiten zijn machtsgebied vallen. Ook al behoorden de objecten aan musea op de Krim, de objecten maken deel uit van het cultureel erfgoed van Oekraïne. Hierdoor vallen de objecten onder het beschermde regime van de Oekraïense Museumwet en moeten ze terug worden gestuurd naar Kiev totdat de situatie op de Krim gestabiliseerd is.
De (on)gewonnen strijd
Echter is de kous daarmee nog niet af. Zowel Rusland als de vier Krim-musea kunnen in beroep gaan tegen het vonnis van de rechter. Daarnaast kan deze recente uitspraak gevolgen hebben voor de onderlinge relatie tussen de Russische en Nederlandse kunstwereld. Zeer strakke en verscherpte regels kunnen aan te pas komen wanneer collecties worden gedeeld en eerder dreigde Rusland al om de samenwerking met Nederlandse musea helemaal te stoppen. Totdat bekend is of een partij in hoger beroep gaat en de rechter ook hierin uitspraak doet zullen de stukken in Nederland blijven en blijft de strijd om het Krim-goud voortduren.